Openbaar vervoer

Utrecht is omgeven door snelwegen. Zonder een goede OV en fietsinfrastructuur gaat deze zware weginstrastructuur ten koste van de leefbaarheid en bereikbaarheid van Utrecht. Het OV netwerk voor Utrecht moet logisch zijn opgebouwd, met voor elke afstand een passende vervoersvorm. Bovendien moeten de netwerken voor OV, auto en fiets goed op elkaar zijn afgestemd. Op de vervoersknooppunten moeten reizigers snel en efficiënt kunnen overstappen.

 

Regionaal en landelijk vervoer

  • Een spoorverbinding tussen Utrecht en Breda verdient verder onderzoek.

  • Aansluiting Intercity diensten op P+R voorzieningen (ver) buiten de stad, zoals het P+R terrein bij station Amersfoort.

  • Goede aansluiting van het Intercity-netwerk op regionale en stedelijke OV netwerken.

  • Regionaal OV moet voldoende kwaliteit hebben om de automobilist te verleiden. Dit betekent een hoge frequentie, een hoogwaardige uitstraling, sociaal veilig en comfortabel.

 

(Voor)stedelijk vervoer

  • Om de fietsinfrastructuur goed aan te vullen is een streefsnelheid voor het OV gewenst die niet lager is dan 20 tot 25 km/h.

  • Op de drukste verbindingen zijn trams noodzakelijk, op de overige verbindingen is een hoogwaardig bus voldoende.

  • Naast verbindingen tussen Utrecht Centraal en andere stadsdelen moeten er ook hoogwaardige OV verbindingen tussen wijken zijn (bijv. Overvecht - Lunetten).

 

Concrete maatregelen

  • Zo snel mogelijk realiseren van de tramlijn tussen Centraal Station en De Uithof. Hier is een tramlijn gezien het aantal reizigers zeker rendabel. In een later stadium is deze lijn evt. uit te breiden naar Zeist en Driebergen.

  • Een sneltram naar Leidsche Rijn, via station Vaartsche Rijn. Deze lijn sluit aan op de lijn naar De Uithof.

  • Verricht verder onderzoek naar de behoefte aan tramverbindingen vanuit Utrecht Centraal naar Zuilen en Maarssen en naar Overvecht. In eerste instantie lijken hoogwaardige busverbindingen hier een goede optie.